Het rotten van kalk – wat een gebruik!

"In mijn familie zijn we sinds 4 generaties actief in de pleisterwerken. Sinds lange tijd gebruiken we dan ook kalk voor talrijke toepassingen gaande van plafoneringswerken tot kalkverven. Ikzelf gebruikte dit materiaal in de jaren ’40, en dit ondanks de transportproblemen die er in die tijd waren.


De kalk die we toen gebruikten, was een verpakte gebluste kalk welke in de fabriek geblust was en makkelijk te verwerken was in morteltoepassingen. Het werd gemengd met drie delen halfvet zand voor het bekomen van een op maat bereide en goed verwerkbare mortel. Het mengsel liet men drie dagen rusten voor verwerking.


Voor de deklaag werden grote bakken kalkdeeg bereid met een fijn wit zand, teneinde een goede verwerkbaarheid te verkrijgen.


Dezelfde kalk werd ook gebruikt voor het witten van de stallen bij de boeren met als dubbele bedoeling deze te desinfecteren en de muren op te frissen. Voor deze toepassing werd er aluin aarde of karnemelk (afgeroomde melk) toegevoegd om de hechting te verbeteren.


Na de “zwarte” jaren begon ik kluitkalk te gebruiken welke ik in grote bakken bluste en uiteindelijk in een kuil liet rotten. Na enkele maanden rusten en decanteren was het kalkdeeg veel soepeler geworden dan de vorige en klaar om gebruikt te worden. Dit kalkdeeg geeft vooral een betere hechting en is dan ook van superieure kwaliteit (voor zover de kwaliteit van de kalksteen waarop de kalk gebrand werd van goede kwaliteit was).


Jammer genoeg vroeg de bereiding van het kalkdeeg veel tijd aan de plafoneerder. Later is een gemalen ongebluste kalk verpakt in ondoorlatende zakken op de markt gebracht. Sinds enige jaren gebruik ik deze kalk zowel voor het bereiden van mortel als voor afwerkingslagen.”

 

Getuigenis door Roger Rapaille, “L’atelier du Plâtrier”, 4650 Herve (tel/fax: 087/33.72.06)
Originele Franse tekst door R. Rapaille